Mobiliteitshulpmiddelen

Heeft u door ziekte, een beperking of ouderdom problemen met lopen of verplaatsen? De gemeente Goeree-Overflakkee kan u helpen via de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Samen zoeken we naar een passende oplossing, zodat u zich zo zelfstandig mogelijk kunt verplaatsen in en om uw woning en in uw leefomgeving. 

Omschrijving

Wanneer u een melding doet, kijken we eerst wat u zelf kunt doen om mobiel te blijven. Als u zelf (deels) een oplossing kunt vinden, krijgt u geen ondersteuning van de gemeente. Op de pagina ‘Wat kan ik zelf doen voor mijn mobiliteit’ leest u wat u zelf kunt doen. 

Lukt het niet om de juiste hulp zelf te regelen, dan bespreken we wat er nodig is. De ondersteuning is maatwerk en past bij uw situatie. We kiezen altijd de goedkoopste oplossing die u helpt om mobiel te blijven. 

Mobiliteitshulpmiddelen kunnen zijn: 

  • Handbewogen rolstoelen. 
  • Hulpmotoren voor rolstoelen.
  • Elektrische rolstoelen.
  • Scootmobielen voor als u slecht buitenhuis kunt lopen.
  • Aanpassingen aan uw eigen auto om zelf te kunnen rijden.
  • Bijzondere fietsen zoals driewielfietsen. 

Voor elektrische hulpmiddelen is het belangrijk dat u een veilige en droge plek heeft om ze op te laden en te stallen.  

Voor informatie over de Regiotaxi hebben we een eigen pagina
Meer informatie over autoaanpassingen van Welzorg auto op maat

Hoe krijgt u ondersteuning? 

U kunt ondersteuning krijgen via onze aanbieder Welzorg. Dit heet ‘zorg in natura’. Dit is de makkelijkste manier. Meer informatie over Welzorg.  

Een andere optie is een Persoonsgebonden Budget (Pgb). Hiermee regelt u zelf uw ondersteuning. Let op: een Pgb vraagt veel meer regelwerk en past niet voor iedereen. Er zijn ook voorwaarden. Lees goed alle informatie over een Pgb voordat u het aanvraagt. Meer over Pgb leest u op deze pagina. 

Kosten

U betaalt maximaal € 21,80 per maand eigen bijdrage. Dit zogenaamde abonnementstarief is een vast bedrag dat u betaalt voor de ondersteuning. U betaalt dit zo lang u ondersteuning heeft van de gemeente. Dit tarief is niet afhankelijk van de hoeveelheid ondersteuning dat geleverd wordt, maar is bedoeld om de zorg mogelijk te maken. Dit betekent dat ook in perioden waarin de zorg minder vaak of tijdelijk niet geleverd wordt, het abonnementstarief doorloopt.  

Soms betaalt u een ander bedrag of geen eigen bijdrage. Het CAK berekent de eigen bijdrage voor uw situatie. Meer informatie over de eigen bijdrage vindt u op de website van het CAK: www.hetcak.nl

Voorwaarden

Om mobiliteitshulpmiddelen via de Wmo aan te vragen, gelden de volgende voorwaarden: 

  • U bent door ziekte, een beperking of ouderdom niet in staat zich goed te verplaatsen. 
  • U hebt actief gezocht naar oplossingen om zelf mobiel te blijven. 

 Voor de aanvraag heeft u de volgende documenten nodig: 

  • Een geldig identiteitsbewijs. 
  • Een ingevuld meldingsformulier Wmo (zie kopje ‘Formulieren’). 
  • Eventueel een persoonlijk plan waarin u uw ondersteuningsbehoefte toelicht. 
  • De aanvraag wordt beoordeeld aan de hand van de verordening en beleidsregel.

Aanpak

  • U kunt online het formulier Melding Wmo (zie kopje ‘Formulieren’ hieronder) invullen. 
  • Wilt u liever een papieren formulier, dan kunt u contact opnemen met het Sociaalcontactpunt van de gemeente via telefoonnummer 14 0187, optie 1. 
  • Weet u al wat uw ondersteuningsbehoefte is? Stuur dan binnen 7 dagen na de melding het persoonlijk plan naar ons toe (zie kopje ‘Formulieren’ hieronder). Dit kan het onderzoek bespoedigen. 
  • Een Wmo-consulent neemt contact met u op om uw situatie te bespreken, in de meeste gevallen doen we een huisbezoek. 
  • De Wmo-consulent onderzoekt uw situatie en adviseert hoe u de hulpvraag het beste kunt oplossen. 
  • U ontvangt het onderzoeksverslag. 
  • Na ontvangst van het verslag kunt u een aanvraag doen. 

Termijn

Wanneer u hulp nodig heeft en dit meldt bij de gemeente, heeft de gemeente (het college) 6 weken de tijd om uw situatie te onderzoeken. Dit onderzoek is nodig om te kijken welke hulp u nodig heeft. Het is goed om te weten dat deze 6 weken vaak echt nodig zijn. 

Als het onderzoek klaar is, krijgt u een verslag met de uitkomsten. In dit verslag staan de voorgestelde oplossingen voor uw hulpvraag. Dit kan een voorziening zijn maar ook iets wat u zelf kunt doen. Daarna kunt u een aanvraag doen. Dit doet u door het verslag te ondertekenen of door een apart formulier in te vullen. 

Als de gemeente langer dan 6 weken nodig heeft voor het onderzoek, mag u na die 6 weken toch alvast een aanvraag indienen. Overleg met uw consulent hoe u dit het beste kunt doen. 

Binnen 2 weken nadat u de aanvraag heeft ingediend, hoort u of u hulp krijgt. Soms heeft de gemeente nog extra informatie nodig. In dat geval kan het langer duren. U wordt hierover geïnformeerd. 

Bezwaar en beroep

Tegen een besluit op een aanvraag kunt u binnen zes weken na de verzending van de brief schriftelijk bezwaar indienen bij ons college. U kunt ook, voordat u bezwaar indient, eerst telefonisch contact met ons opnemen om het genomen besluit te bespreken. U kunt ook direct een bezwaar indienen. Het bezwaarschrift moet zijn ondertekend en in ieder geval uw naam, uw adres, de dagtekening, een omschrijving van het besluit en de redenen waarom u het daarmee niet eens bent bevatten. Het besluit treedt direct in werking, ook al wordt er bezwaar gemaakt. Bent u van mening dat, zolang nog niet op het bezwaarschrift is beslist, het besluit niet in werking zou moeten treden, dan kunt u aan de voorzieningenrechter van de Rechtbank in Rotterdam een voorlopige voorziening vragen. Het adres is: Postbus 50951, 3007 BM Rotterdam. U kunt een verzoek om voorlopige voorziening ook digitaal indienen bij de Rechtbank Rotterdam via mijn.rechtspraak.nl/start/burger

Contact opnemen

Als u nog meer informatie wilt over mobiliteitshulpmiddelen, kunt u contact opnemen met het Sociaalcontactpunt van de gemeente via telefoonnummer 14 0187, optie 1. 

AVG

Als u een aanvraag of melding doet, heeft de gemeente uw persoonsgegevens nodig. De gemeente behandelt uw persoonsgegevens zorgvuldig. In de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) staat hoe de gemeente met uw persoonsgegevens moet omgaan. 

De belangrijkste regels zijn: 

  • De persoonsgegevens waar de gemeente om vraagt, zijn nodig voor het afhandelen van uw aanvraag of melding. 
  • De gemeente registreert en verwerkt uw gegevens op een veilige, vertrouwelijke en zorgvuldige manier.
  • De gemeente gebruikt uw gegevens alleen voor het verwerken van uw aanvraag of melding (of voor iets wat daar rechtstreeks verband mee heeft). 
  • Uw persoonsgegevens blijven niet langer bewaard dan nodig is voor het verwerken van uw aanvraag of melding. 
  • Andere organisaties krijgen uw gegevens alleen als dit wettelijk verplicht is.
  • Als u hierom vraagt, dan vertelt de gemeente u waarvoor de gegevens nodig zijn en wat ermee gebeurt.